Zo’n dertig bakkers en belangstellenden verzamelden zich dinsdagmiddag 8 oktober op melkveehouderij Het Lansingerland in Bergschenhoek voor de najaarsbijeenkomst van het Genootschap voor de Bakkerij. Op de agenda van het Genootschap staat dit jaar het overkoepelende thema ‘Grip op grondstoffen’. Daarom was deze middag, na graan en suiker, de productgroep zuivel aan de beurt.
Zuivel is gezond’, durft een van de sprekers wel te stellen. Stephan Peters, auteur van het boek ‘Gezond eten met gezond verstand’ en Manager Nutrition & Food bij de Nederlandse Zuivelorganisatie, toont aan dat zuivel veel calcium bevat, boordevol vitamines B2 en B12 zit en ook eiwitten biedt, die goed zijn voor de groei.
Hij benadrukt dat consumenten die een veganistisch eetpatroon nastreven en daarmee alle dierlijke producten links laten liggen serieuze gezondheidsrisico’s kunnen lopen door een gebrek aan voedingsstoffen. Ook laat hij wetenschappelijk onderzoek de revue passeren, op basis waarvan de Gezondheidsraad heeft geconcludeerd dat zuivel het risico op darmkanker en op diabetes type 2 verkleint.
Bakkerijbranche zoekt alternatieven
Toch wordt, ook binnen de bakkerijbranche, gezocht naar alternatieven voor zuivel. Nynke Hopsman, Manager New Product Development bij Royal Smilde, vertelt hoe ze namens haar werkgever op zoek is naar alternatieven voor veelgebruikte, dierlijke grondstoffen in de bakkerij zoals roomboter, kaas en kaasgrondstoffen en dierlijke eiwitten. Alternatieven zijn er, bijvoorbeeld in de vorm van margarine of in de vorm van aardappel- of erwteneiwit. Uiteraard bieden die, ieder op hun eigen terrein, uitdagingen op het gebied van smaak of technologie.
Het is zeker mogelijk om met alternatieve grondstoffen zoals kokosvet of aardappeleiwit een smakelijk ijsje te maken
Ook Jacques Vos, manager van het IJscentrum, kent alternatieven voor dierlijke ingrediënten in ijs zoals melk en room. ‘Het is zeker mogelijk om met alternatieve grondstoffen zoals kokosvet of aardappeleiwit een smakelijk ijsje te maken. Je moet het alleen niet vergelijken met het origineel op basis van melk of room.’
Gastheer en melkveehouder Peter Gille neemt tijdens de middag geen blad voor de mond en sluit de middag af met een rondleiding over zijn bedrijf. Op boerderij Het Lansingerland wonen niet alleen honderd koeien; er is ook een kinderopvang, een grote boerderijwinkel, horeca, een camping en een doolhof in de maïsvelden. De één miljoen liter melk die hij jaarlijks van zijn koeien kan verkopen, zorgen voor 17 procent van de omzet. Zestig procent komt uit de kinderopvang. Grote plannen heeft hij voor de toekomst. ‘Wij werken toe naar een zorglandgoed.’
De aanwezige leden van het Genootschap en hun gasten hangen aan zijn lippen en volgen hem geïnteresseerd door de stallen. Om tenslotte de middag te besluiten met een smakelijk stamppottenbuffet. Het buitenleven maakt hongerig.
Bron: Eerste publicatie door Linda van het Landt op 8 oktober 2019 op Bakkerswereld.nl
Suiker: is het werkelijk zo slecht voor je? Waar zit het allemaal in? Werkt het verslavend? En hoe ga je als bakkerijsector om met deze grondstof en de vragen hierover vanuit de consument? Deze vragen stonden dinsdag 21 mei centraal tijdens de Voorjaarsbijeenkomst van het Genootschap voor de Bakkerij.
De bijeenkomst werd gehouden Bij Robert in Oisterwijk. De Meester Boulanger en Meester Patissier Robert van Beckhoven was de gastheer voor de ruim zestig leden van het Genootschap die deze bijeenkomst met de titel ‘Grip op Grondstoffen’ bezochten. Hij kreeg een staande ovatie van alle leden, voor de rol die hij als ambassadeur voor alle bakkers in Nederland vervult.
Op de vraag van dagvoorzitter Hanno Spanninga hoeveel kilo’s suiker er per week omgaan in de bakkerij van Robert moest hij het antwoord schuldig blijven. ‘Wat ik wel weer is dat wij hier minder suiker dan wie ook gebruiken. En dat komt ook omdat ik het geluk heb, dat mijn vrouw Pirjo bioloog is en heel veel voedingskennis heeft. Zij weet wat suiker is, hoe het is opgebouwd, wat het met je lichaam doet.’
Volgens de Meester ontbreekt het veel bakkers aan echte productkennis. En juist door het vergaren van kennis kan de ambachtelijke bakker het verschil maken. Hij nam een tompouce als voorbeeld: ‘Laat de Hema nou maar tompoucen maken met zo’n laag suiker erover heen. Wie heeft dat eigenlijk bedacht? Oorspronkelijk moet er geen fondant op, maar is de bovenlaag gekarameliseerd bladerdeeg. Maak het dan ook zo.’
‘Doe er maar twee’
Op de reactie dat dat meer tijd kost en dat een tompouce dan ook veel duurder wordt, had Van Beckhoven onmiddellijk een antwoord: ‘Als een klant dan vraagt waarom of ze bij jou 3,50 euro betalen voor een tompouce, terwijl ze er bij de Hema vier krijgen voor dat geld, zeg je toch gewoon: heeft u wel gezien hoe de tompoucen bij de Hema worden gemaakt? En dan zegt die klant: ‘Ja dat weet ik wel…. Doe er maar twee.’
Met zijn eigenwijze manier van presenteren had Van Beckhoven regelmatig de lachers op zijn hand. Maar hij raakte wel een gevoelige snaar; het ontbreekt veel bakkers aan eigenheid. Het zijn volgens hem overal dezelfde grondstoffen die de bakkers gebruiken, overal dezelfde hazelnoten en chocolade van Callebout. Er is geen onderscheid, geen eigenheid. ‘Daar moet Beko ook echt iets aan doen. Koop toch eens fatsoenlijke grondstoffen!’, riep hij zijn publiek toe, waaronder een afvaardiging van Beko.
‘Beko kan je dat niet kwalijk nemen, hoor’, voegde Van Beckhoven er direct aan toe. ‘Dat komt door ons bakkers: jullie vragen om goedkope hazelnoten en vragen dan ook nog om korting….’
Maak je bijzonder
Maak je bijzonder. Dat was de oproep van de gastheer aan de aanwezige bakkers. Maak je bijzonder met minder suiker bijvoorbeeld. ‘Vroeger dronk ik koffie en thee met suiker. Nu niet meer. Ik vind het zelfs vies. Het is gewenning. En dat geldt ook voor onze producten. We moeten toe naar minder suiker. En dat kan ook. Zonder dat je concessies doet.’
Suiker ligt zowel bij consumenten als in de bakkerijbranche en ook binnen de wetenschap sterk onder een vergrootglas. Gezond leven heeft alle aandacht, ook om het toenemende overgewicht onder de Nederlandse bevolking tegen te gaan. Hoe past suiker daarin?
We mogen onze ogen niet sluiten
Tijdens de Voorjaarsbijeenkomst werd het gebruik van suiker en mogelijke alternatieven vanuit het gezichtspunt van de teler, consument, bakkerij en wetenschap belicht. ‘We mogen onze ogen er niet voor sluiten dat de overheid zich steeds meer met voeding en dus ook met suiker gaat bemoeien’, zei Janet Spiering, directeur van Dawn Foods Benelux.
‘We moeten enerzijds mee met deze ontwikkeling, maar het verwennen van de consument blijft belangrijk. Omdat een meerderheid van de consumenten suiker in banket niet vermijdt, moet het product voldoen aan de verwachtingen. We moeten daarbij natuurlijk wel onze verantwoordelijkheid nemen.’
Suiker is een killer
Maar is suiker echt zo slecht? Is het een killer, zoals het tegenwoordig wel op sociale media en in de pers wordt beweerd. Het antwoord is ‘nee’. Suiker heb je nodig, maar met mate. Dat betoogde ook Zsuzsan Proos, Kennisspecialist Voeding en Gezondheid van het NBC in haar bijdrage.
‘Uit de wetenschap is duidelijk dat het lichaam geen onderscheid maakt tussen natuurlijke suikers, verwerkte suikers en suikers uit groenten en fruit. En nee, verslaafd raken aan suiker gaat ook niet. Het verhaal van suiker zit in de balans. Want je kunt stoppen met suiker of het vervangen door een andere zoetstof, maar als je de inname van calorieën niet verminderd, heeft het geen enkel effect. Inname en verbruik moeten in evenwicht zijn. Als dat zo is, hoeven we ook niet spastisch te reageren op suiker.’
Bron: Eerste publicatie door Marijke Buijs op 21 mei 2019 op Bakkerswereld.nl
Graan. Het is de belangrijkste grondstof in de bakkerij. Door in de keten meer grip te krijgen op deze grondstof, kunnen bakkers onderscheidend vermogen creëren.
Bakkerswereld en Bakkers in Bedrijf hebben een artikel geschreven over de bijeenkomst van het Genootschap op 5 februari 2019.
Tachtig jaar bestaat het Genootschap voor de Bakkerij inmiddels. En waar het eerst voornamelijk een gezelschap ‘hoge heren’ was, is het tegenwoordig een vereniging met leden van allerlei pluimage. “Als je maar passie voelt voor de bakkerij en in de sector van betekenis bent”, definieert het huidige bestuur de voorwaarden voor een lidmaatschap. “Een ‘old boys network’ zijn we allang niet meer en ook de ballotagecommissie is afgeschaft. Wij zijn er voor de gehele bakkerijbranche!”
door Linda van ’t Land
Vijf jaar geleden crossten leden van het Genootschap voor de Bakkerij met lelijke eendjes over de Utrechtse Heuvelrug, staken met elkaar de barbecue aan en overnachtten op veldbedden in kegelvormige tipi’s. Voorzitter Geale de Haan, New Business Manager bij Royal Smilde, moet er nóg smakelijk om lachen. Dit lustrumjaar zijn de festiviteiten echter minder uitgebreid. “We willen onze energie en tijd momenteel vooral in nieuwe activiteiten steken”, aldus De Haan. “Tachtig is prachtig, natuurlijk. Maar we gaan op naar de honderd!”
Ledenwerving
Daarmee doelt de voorzitter niet alleen op honderd jaar. De vereniging streeft ook al enige tijd naar de aanwas van nieuwe leden en zou het huidige ledenaantal van rond de vijfenzeventig graag richting de honderd brengen. “En dan vooral door praktiserende bakkers aan te trekken”, benadrukt De Haan. “Het is onze ambitie om de kennis die we delen vooral ook letterlijk in de praktijk te brengen. Juist brood- en banketbakkers met een eigen bedrijf kunnen veel baat hebben bij onze programmaonderdelen.”
Driemaal per jaar wordt er voor de leden een bijeenkomst georganiseerd. Tijdens deze bijeenkomst wordt een programma op niveau gepresenteerd, dat aansluit bij actuele thema’s in de branche. Vaak zijn er professionele sprekers aanwezig en is er na afloop van de bijeenkomst gelegenheid tot discussiëren. “Het heeft aardig wat tijd gekost om boven water te krijgen wat de leden van het Genootschap nou eigenlijk precies willen”, bekent Janet Spiering, algemeen bestuurslid en in het dagelijks leven directeur van Dawn Foods Benelux. “Uiteindelijk willen we zeker een netwerkclub blijven, maar dit netwerken is geen doel op zich. We bieden de gelegenheid elkaar te ontmoeten in een andere setting en bovendien vind je op de vorig jaar geheel vernieuwde website de contactgegevens van alle leden. We faciliteren dus zeker ontmoeting en contact, maar tijdens de bijeenkomst staat vooral een thema centraal waarvan de gehele branche én ieder voor zich kan profiteren.”
Ambitie in Ondernemen
Spiering benadrukt hoe bijzonder het is dat leden van het Genootschap, in het dagelijks leven dikwijls elkaars concurrenten, zich verbinden om samen méér te bereiken. “Door onze krachten te bundelen, tillen we juist het individu op. Je ziet en hoort hetzelfde, bijvoorbeeld van sprekers of op locaties die je je als individu niet kunt veroorloven. We krijgen allemaal dezelfde informatie. Maar je ziet en hoort het uiteindelijk voor jezelf en doet er vervolgens mee wat goed is voor jou en jouw bedrijf. Zo maken we als collectief ieder lid persoonlijk sterker. En daarbij heeft uiteindelijk de hele sector baat.”
Dit geldt ook voor een project als Ambitie in Ondernemen, dat door het Genootschap is opgezet met behulp van ondernemersvereniging NBOV en Sociaal Fonds Bakkersbedrijf. Voorzitter Geale de Haan noemt het traject, waarin bakkerondernemers op wetenschappelijke basis professioneel begeleid worden richting een sterker en beter renderend bedrijf door vooral te bekijken hoe je eigen persoonlijkheid een stempel drukt op je bedrijfsvoering, een ‘kroon op de afgelopen jaren’. “Inspirerende sprekers en locaties zijn geweldig”, bevestigt De Haan. “Maar mij gaat het veel meer om een traject als Ambitie in Ondernemen. Hiermee helpen we leden voor de langere termijn. Bovendien gaan zij op hun beurt weer optreden als coach voor anderen, zodat een sneeuwbaleffect ontstaat waarvan uiteindelijk de gehele branche profiteert. Het traject heeft veel impact op de deelnemende bakkers: voor hen is er daadwerkelijk een verschil gemaakt.”
Commissies en discussiegroepen
Sinds 2018 werkt het Genootschap voor de Bakkerij met diverse commissies, die ieder hun eigen verantwoordelijkheden hebben. Leden worden actief opgeroepen om deel te nemen aan deze commissies, zodat ieders individuele kennis en talent zo breed mogelijk kan worden ingezet. Spiering roemt de diversiteit binnen het Genootschap. “Er is ongelooflijk veel uiteenlopende kennis paraat binnen de vereniging. De een werkt met mensen, de ander met techniek. De een werkt op grondstoffenniveau, de ander met eindproducten. Wat ons bindt, is een gevoel van passie voor de bakkerijbranche. Door ons te verbinden, kunnen we meer bereiken dan alleen. Er komen grote bedreigingen op ons af: denk aan de omgang met suiker of vet. Het zijn vraagstukken, waarop we ons gezamenlijk kunnen voorbereiden – juist door de uiteenlopende kennis te bundelen. Ook daarom werken we hard aan meer naamsbekendheid en een groter ledenaantal.”
Het stempel van een ‘old boys network’ heeft het huidige bestuur definitief van zich afgeschud. “We zijn veel meer ‘new kids on the block’”, lacht Spiering strijdlustig. “Wij willen een verschil maken binnen de sector: voor alle leden persoonlijk én voor de branche als geheel. En we willen ook dat wat we doen en bereiken beklijft. Mede daarom zijn de discussiegroepen in het leven geroepen. Onder leiding van een professionele discussieleider, waarmee we voorkomen dat we in ‘welles’ of ‘nietes’ verzanden, wordt het thema van een bijeenkomst nabesproken en eventueel verder uitgewerkt. Het mag namelijk niet zo zijn dat we na een bijeenkomst weer allemaal ons weegs gaan en vervolgens alles blijft zoals het was. Alleen luisteren is voor ons niet goed genoeg.”
Verjonging
Om bij de tijd te blijven, is de ballotagecommissie inmiddels afgeschaft: geïnteresseerden in het Genootschap hoeven niet langer door drie bestaande leden te worden voorgedragen. “Niet meer van deze tijd”, vindt het bestuur unaniem. Bovendien is in de afgelopen jaren contact gezocht met Bakery Nexus: het netwerk voor jonge professionals in de sector. “Hoewel het niet de ambitie van het Genootschap is om een luis in de pels te zijn, zouden we wel veel meer moeten samenwerken en bijvoorbeeld een secretariaat kunnen delen”, vindt De Haan. “Er zijn al zoveel verschillende clubjes en verenigingen in de branche. We moeten samenwerken waar we kunnen om met elkaar in de haarvaten van de branche terecht te komen – overigens zonder onze eigen identiteit te verliezen. Het is prachtig om te zien dat momenteel een nieuwe generatie opstaat, die warmloopt voor het bakkersbedrijf. Zonen en dochters die aanvankelijk een andere richting op leken te gaan en hoger geschoold zijn, maar die uiteindelijk toch heel bewust voor het bakkersbedrijf van hun ouders en soms zelfs grootouders kiezen. Als Genootschap willen we ook aansluiting vinden bij deze generatie.”
Janet Spiering glimt van oor tot oor als het over de bakkerijbranche gaat. “We hebben een prachtig vak! Dat wil ik graag een toekomst geven, door iets na te laten voor de volgende generatie. Daarom vind ik het belangrijk om mee te denken over het algemeen belang en heb ik ook niet lang hoeven nadenken over een bestuursfunctie binnen het Genootschap.” Ook Geale de Haan doet het al drie jaar met heel veel plezier. In 2020 maakt hij ruimte voor een nieuwe voorzitter. “Ik heb zóveel aan de branche te danken: het voelde als een plicht om iets terug te doen. Met heel veel plezier heb ik het Genootschap naar de moderne tijd gebracht. Op naar de honderd!”
___________________________________________
Het bestuur van het Genootschap voor de Bakkerij bestaat momenteel uit vier personen: Geale de Haan (voorzitter), Henk Elemans (penningmeester), Janet Spiering (algemeen bestuurslid) en Jaap van der Veer (algemeen bestuurslid). Eén positie is vacant. Meer weten over het Genootschap? Zelf lid worden of een keer vrijblijvend een bijeenkomst bezoeken? Mail dan naar het secretariaat.
Het Genootschap voor de Bakkerij verwacht dat bijgaand bericht interessant is voor onze leden. Diverse leden van het Genootschap zijn overigens partner in onderstaand initiatief.
In december 2018 is de Stichting Bedrijfsopvolging Bakkerij opgericht. Deze Stichting heeft ten doel het stimuleren van bedrijfsopvolging in de bakkerijbranche en het bewerkstelligen van toename van overdrachten van ambachtelijke bakkersbedrijven.
Het Bestuur van deze Stichting bestaat uit afgevaardigden namens:
Adviesorganisaties, die bemiddelen bij aan- en verkoop: Chiel van den Hout, Beko Advies.
Projectcoördinator
Per 1 december is mevrouw Babiche van de Loo als projectcoördinator aangesteld. Haar focus ligt op het binnen en buiten de bakkerijbranche stimuleren van de werving van kandidaten voor een toekomst als zelfstandig bakkerij-ondernemer.
Initiatief van 12 Organisaties
Dit is een branchebreed gedragen, gezamenlijk initiatief van de volgende 12 organisaties in de bakkerijbranche: Topbakkers, Ambachtsbakker, Patisserie College, Stichting Echte Bakkersgilde, NBOV, NEBAFA, NBA, Beko, Bakeplus, TenBa, Krediet Unie bakkerijondernemers en FoodResult.
Babiche van de Loo
Projectcoördinator Babiche van de Loo is het laatste jaar werkzaam geweest als logistiek manager in het Erasmus ziekenhuis. Daarvoor heeft ze jarenlang ervaring op gedaan met het werken in en samen met brancheorganisaties. Hierdoor heeft ze een goed gevoel ontwikkeld voor verschillende belangen en invalshoeken. Haar communicatieve vaardigheden, zelfstandig werken en van strategie naar praktijk brengen maakt haar geschikt voor de coördinator functie.
Illusionist Jan Reinder te gast op Nexus Nieuwjaarsevent
Bakery Nexus organiseert sinds 2018 dé Nieuwjaarsborrel in de bakkerijsector. Een jaarlijks terugkerend event, waar wordt geproost op het nieuwe jaar en branchegenoten elkaar ontmoeten, elkaar inspireren en genieten van een mooi programma en lekker eten. Vrijdag 25 januari is het weer zover.
Na het succes van vorig jaar in Houten, trapt Bakery Nexus 2019 af in Rotterdam. Dat doet ‘het netwerk van jonge professionals uit de bakkerij’ op inspirerende hoogte in het NHOW hotel met uitzicht op de Erasmusbrug. Dit jaar met als speciale gast illusionist Jan Reinder.
Geïnteresseerden, die het Nexus Nieuwjaarsevent willen bezoeken, kunnen zich aanmelden via de site van Bakery Nexus. De verwachting is, dat er zo’n 250 bezoekers zullen komen.
Op dinsdag 23 oktober jl. brachten zo’n veertig leden van het Genootschap voor de Bakkerij en een tiental introducés een inspirerend bezoek aan de Verspillingsfabriek in Veghel.
In dit ‘verspilde’ fabriekspand in Veghel, dat Hutten liet inrichten met diverse koel- en productieruimtes, krijgen reststromen vanuit de voedingsindustrie een nieuwe, nuttige bestemming. Zo worden de kontjes en kopjes van de tomaten die bijvoorbeeld McDonald’s overhoudt, verwerkt tot tomatensoep en -saus.
Bakkersgeslacht
Het leven van ondernemer Bob Hutten, de drijvende kracht achter Hutten Catering en de Verspillingsfabriek en telg uit een bakkersgeslacht, draait in zijn ogen om van betekenis te zijn. Deze zienswijze van Hutten heeft geresulteerd in diverse innovatieve stappen en een trendsettende rol in de foodservice-sector. Maar ook als werkgever toont het bedrijf in Veghel zich als eigenzinnig en vooruitstrevend en worden kosten noch moeite gespaard om de bijna 2.000 personeelsleden in de meest prettige en productieve staat te brengen. Samen met een aantal van zijn collega’s vertelt hij de leden van het Genootschap onder andere hoe je verspilling van talent kunt voorkomen en hoe je je kunt onderscheiden als werkgever.
Inclusieven
De eigenzinnige ondernemer startte niet alleen de Verspillingsfabriek, maar nam in 2015 ook Bakkerij Kentalis Compas over. Het oorspronkelijke doel van deze bakkerij was jonge mensen met gehoorproblemen, die niet aan een reguliere baan kunnen komen, een zinvolle dagbesteding aan te bieden in een aangepaste en prettige werkomgeving. Inmiddels is het personeel in de bakkerij en in de Verspillingsfabriek volgens Hutten een smeltkroes aan mensen, ‘inclusieven’ zoals hij deze mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt noemt. Allemaal mensen die er volgens Hutten echt toe doen. Talenten, die ieder vanuit hun eigen kunnen, een steentje bijdragen aan de toekomst van het bedrijf.
Het is volgens Hutten van groot belang dat mensen echt betrokken worden en daardoor het gevoel hebben dat zij meewerken aan het doel, zoals een betere bakkerij maken. Dat vraagt een andere vorm van leiderschap. ‘Ik dacht vroeger ook dat ik de baas was, maar op een moment zie je dat je rol moet veranderen. Dan kom je als leider in de volgende fase terecht: de rol van het faciliteren zodat mensen in hun kracht komen.’
Geloven in de droom
Hutten investeert in het geluk van zijn samenwerkers (het woord dat Hutten gebruikt voor medewerkers). Echt niet altijd even makkelijk, want werken met ‘inclusieven’ betekent soms dat snel schakelen bijvoorbeeld niet gaat. Maar door consequent te zijn en te geloven in zijn droom en die van zijn mensen, ziet Hutten zijn onderneming jaar na jaar verder groeien. Het leven draait in zijn ogen om van betekenis te zijn.
De leden van het Genootschap voor de Bakkerij toonden zich zeer geïnteresseerd in de aanpak van Hutten en menig ondernemer vroeg zich af hoe het andere personeel staat tegenover het werken met mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.‘In de praktijk is het niet altijd makkelijk. Deze werknemers hebben echt begeleiding nodig en voor je overige personeel is dat niet altijd even makkelijk’, is een veel gemaakte opmerking. Hutten herkent de ervaringen en wees de leden van het Genootschap erop inderdaad goed voorbereid te zijn en hulp te zoeken bij gemeente of UWV, die met hun expertise bij kunnen dragen aan het slagen van dergelijke projecten.
Ook Thijs Fokker, manager mobiliteitscentrum & community bij Hutten, ging in zijn sprankelende betoog in op de manier waarop Hutten zijn personeelsbeleid heeft georganiseerd. ‘We gaan uit van positiviteit, het BLG-principe. Dat staat voor Beste, Leukste, Gelukkigste. Het welzijnsdenken. Wij denken niet dat door het hebben van geld succes wordt gegenereerd en dat je daar gelukkig van wordt, maar juist in de omgekeerde volgorde. Doordat je gelukkig bent, kun je succesvol zijn en dan ga je vanzelf geld verdienen.
Toverwoord is lidmaatschap
‘Bakkerijen’, zo hield Hutten zijn gehoor voor, ‘onderscheiden zich in de markt doordat ze kunnen inspireren, een beleving geven, het moment kunnen pakken en de klanten kennen. Het toverwoord voor de bakkerij is lidmaatschap’, meent hij. ‘De klant echt bedienen, beleving bieden en gelukkig maken. En luisteren naar wat de klant wil. Je klantenbestand verder uitbreiden door het gevoel of een daadwerkelijk lidmaatschap tot stand te brengen. Op die manier ben je echt in staat meer klanten in je winkel te krijgen.’
De middag werd afgesloten met een heerlijk “walking dinner” uiteraard verzorgd door Hutten Catering.
Bron: Eerste publicatie door Marijke Buijs op 25 oktober 2018 op Bakkerswereld.nl
In 2024 komt het keerpunt dat de digitale generatie de overhand krijgt op de huidige generaties: de Boomers, Generatie X en Millenials. Wat betekent die allang ingezette verschuiving voor het winkel- en shopgedrag in de toekomst?
Het Genootschap voor de Bakkerij besteedt uitvoerig aandacht aan de digitale generatie en de manier waarop die straks inkoopt.
Het Genootschap voor de Bakkerij timmert aan zijn eigen toekomst en aan die van de leden. In Amersfoort schotelde de netwerkorganisatie op 5 juni in de ‘Store of the Future’ de veranderende, digitale toekomst voor aan de leden.
Hier werd, gelijktijdig met de lancering van de nieuwe website, het nieuwe leaflet voor de ledenwerfcampagne voor het genootschap gepresenteerd. Het genootschap krijgt daarmee meer ‘smoel’ en meer inhoud: de netwerkorganisatie wil meer dan nu een dwarsdoorsnede van de bakkerij vertegenwoordigen om op die manier bij te dragen aan de continuïteit en de ontwikkeling van de sector. Flexibiliteit en dynamiek horen daarbij, net als het uitwisselen van ervaringen om elkaar vooruit te helpen bij de bedrijfsvoering.
Digitale verkoop en bezorging achter de deur In Amersfoort woonde een groot aantal van de leden de presentatie van advies- en onderzoeksbureau Q&A bij over de winkel en de consument van de toekomst. Q&A onderzocht de winkelbehoeftes van de toekomstige generatie. Op basis van de uitkomsten hebben zij een Store of the Future ingericht: eerst in Den Haag, nu in Amersfoort.
De verschuiving naar de digitale generatie heeft grote gevolgen voor het winkelbeeld in steden en dorpen en voor het digitale aanbod, zoveel wordt duidelijk. Ook de brood- en banketsector kan niet om die digitale ontwikkelingen heen: brood en banket blijven producten die de consument fysiek tot zich neemt, maar de manier van bestellen, de plekken van afleveren, de momenten van consumptie en de hele beleving om de producten en de verkooppunten heen, veranderen in rap tempo.
‘Het spel op zich verandert niet, maar het speelveld verandert razendsnel en de spelregels zijn voortdurend in beweging’, aldus Research Director Retail John Terra van onderzoeksbureau Q&A. Een van de aspecten die in de Verenigde Staten bijvoorbeeld in opkomst is, is het in huis afleveren. Met een code/tijdslot op de voordeur kan de bezorger de bestelling binnen zetten, via een cameraatje kan de klant dit zien en in de gaten houden.
Een voorbeeld is om via voice-gestuurde bestellingen te doen. Een recent voorbeeld komt van Amazon waar de computer een afspraak maakt bij de kapper. Of een bestelling doet online, bijvoorbeeld voor brood: niet de klant maar de computer maakt dan de keuze voor de bakker – het is voor de ondernemer zodoende van belang om goed gerankt te zijn bij Google.
Come-back van de QR-code Online neemt een steeds belangrijker aandeel in, wordt gelikter en vollediger. Online bestellen komt in brood- en banketzaken steeds beter uit de verf, net zoals dat aan de achterkant gebeurt richting toeleveranciers, maar het is nog maar een topje van de ijsberg van wat mogelijk is.
De QR-code – waarvan lange tijd is gedacht dat die zijn langste tijd heeft gehad – is terug van weggeweest en onmisbaar aan het worden. Als de klant iets wil weten over een product, is het scannen van de code voldoende. Voor de bakkerij kan dit een uitkomst zijn als de klant online iets wil bestellen. Maar ook in de winkel: het voorkomt dat winkelmedewerkers het antwoord op een vraag niet (direct) kunnen geven: de QR-code (of welke digitale manier ook) schotelt de info op de smartphone of tablet voor.
Transparantie op prijs en grondstoffen
Transparantie wordt een steeds grotere factor: doordat alles inzichtelijk te maken is, vereist de klant dat ook. Met tracking and tracing, via de QR-code bijvoorbeeld, moeten producenten en verkopers duidelijk maken waarom ze doen wat ze doen, en hoe. ‘Door keuzes te maken, kan de consument in de toekomst het verschil maken. Dat gaat een grotere rol spelen. Dat geldt ook voor prijstransparantie: de klant wil weten hoe een product is opgebouwd, inhoudelijk en qua prijs’, aldus Terra.
Machines delen met collega’s
Andere aspecten die daarbij spelen zijn duurzaamheid en hergebruik. De refurbished smartphones zijn er een goed voorbeeld van. Terra: ‘We gaan van wegwerpen naar doorgeven, dat wordt een steeds groter topic om weggooien te voorkomen.’ De app ‘Too Good To Go’ is een mooi voorbeeld waarmee voedselverspilling wordt geprobeerd te voorkomen.
Ook het niet langer bezitten van spullen, maar betalen voor het gebruik op het moment dat ze nodig zijn, is een trending topic. Van bezit naar gebruik; de Swapfiets en Greenwheels bijvoorbeeld. Terra: ‘Voor voedsel gaat dat niet op, maar wel voor de producten waarmee je voedsel maakt. Als bakker zou je machines kunnen delen.’
Experience en expertise
Experience en expertise zijn de twee sleutelwoorden in de Shop of the Future’, ondersteund op alle fronten door efficiency, zo liet Research Director Retail John Terra Q&A zien in zijn presentatie. Of het nou om een paar schoenen of een brood gaat: de nieuwe generatie consumenten koopt meer en vaker online. Toch wil diezelfde consument ook in de toekomst wel graag lekker blijven winkelen. Hoe transformeer je een winkel van een plek waar je spullen koopt tot een plaats waar iets te beleven valt? Van een plek om boodschappen te doen (‘point of purchase’) naar een plaats waar de consument zich betrokken voelt en nieuwe ervaringen kan opdoen (‘point of engagement’)?
Het is de kunst die fysieke en digitale wereld optimaal te combineren. Dat kan door zelf het voortouw te nemen. Of door aan te haken bij partijen die al deze services bundelen en de verschillende producenten en leveranciers te gebruiken als aanleverpunt voor de consument. De kunst is technologie effectief in te zetten om klantbeleving en klantbetrokkenheid te verhogen. En digitale media zo te integreren dat de ondernemer er in zijn zaak optimaal plezier en nut uithaalt.
Als kers op de taart konden de leden van het Genootschap proeven van de nieuwste snufjes en gadgets op digitaal gebied. Er is nog een wereld te winnen, in 2030 is 75% van de consumenten een Digital.
Bron: Eerste publicatie door Anne Mieke Ravenshorst op 7 juni 2018 op Bakkerswereld.nl
Heeft de fysieke winkel nog toekomst? Of kopen consumenten straks alles online? Dat was de vraag die centraal stond tijdens de bijeenkomst van het Genootschap voor de Bakkerij op 5 juni in Amersfoort. En om maar gelijk het verlossende antwoord te geven: ja, er is nog toekomst. Maar dan moet je wel met een aantal zaken rekening houden.
Of het nou gaat om een paar schoenen of een brood: de nieuwe generatie consumenten koopt meer en vaker online. Toch blijkt uit onderzoek dat diezelfde consument in de toekomst wel graag lekker wil blijven winkelen. Hoe kunnen we tot een optimale winkelervaring komen voor een nieuwe generatie klanten?
Belangrijk om in de gaten te houden zijn de veranderingen die zich de komende jaren voltrekken, vertelt John Terra van Q&A. Adviesbureau Q&A onderzocht de winkelbehoeftes van de toekomstige generatie. Op basis van de uitkomsten hebben zij een ‘Store of the Future’ ingericht. “Rond het jaar 2024, 2025 is het kantelpunt; vanaf dan zijn de digital natives – mensen die zijn geboren in de digitale wereld – in de meerderheid in de groep van 15 tot 65 jaar. Wat dat precies voor invloed heeft, weten we niet helemaal, maar we zien al wel een paar duidelijke ontwikkelingen.”
Van winkels naar ecosystemen
Q&A heeft de veranderingen die zij op consumentengebied zien, in twaalf stappen verwoord. Dan moet je denken aan: ‘Van besteden naar bijdragen’ – consumenten verlangen steeds meer transparantie van hun producten en producenten. ‘Van transactie naar attractie’ – fysieke winkels moeten echt een belevenis zijn, anders kopen mensen steeds makkelijker online. ‘Van eindgebruiker naar vormgever’ – sportschoenen van je favoriete merk, maar door jou zelf (online of in de winkel) ontworpen.
Veel van deze ontwikkelingen laten een kentering zien in de redenen waarom consumenten nog naar een fysieke winkel komen: er moet iets te beleven zijn. Kortom: transformeer je winkel van een plek om boodschappen te doen (‘point of purchase’) naar een plaats waar de consument zich betrokken voelt en nieuwe ervaringen kan opdoen (‘point of engagement’).
Hulp van technische snufjes
Bij die veranderingen kunnen technologische ontwikkelingen helpen. Maar hoe zet je technologie effectief in om klantbeleving en hoe kun je klantbetrokkenheid verhogen? Hoe kun je digitale media integreren in een retailomgeving? Wat werkt wel en wat werkt juist niet? Q&A deed op dit vlak al veel onderzoek en experimenten. We hoeven – zeker in Nederland – niet zo ver te gaan als speciale sloten op de deur waarmee bezorgers makkelijk producten binnen kunnen afleveren zoals Amazon doet. Of dat je als bakker net zoals Habit precies weet wat je klanten nodig hebben aan voeding zodat je daarop in kunt spelen.
Gelukkig kunnen kleine veranderingen ook al helpen. Heb je op zaterdag een lange rij staan, maar ook klanten die snel een brood of koekje willen halen? Denk dan eens aan Grab&Go; afrekenen met een QR-code en je mobiel. Laat door middel van een kleine beamer zien wat zich achter in de bakkerij afspeelt. Of biedt klanten op een digitaal bord buiten de aanbieding van de dag (en als ‘ie op is, kun je ‘m zo vervangen door een andere advertentie). Kortom de techniek lijkt bijna voor niets te staan inmiddels en de klant zit er op te wachten.
Meer weten?
Tijdens de drukbezochte bijeenkomst van het Genootschap van de Bakkerij (het aantal beschikbare plaatsen was snel ‘uitverkocht’ vanwege het interessante onderwerp) presenteerde Q&A nog veel meer goede voorbeelden en technologische snufjes die het waard zijn om te delen en te inspireren. Daarom besteedt Bakkers in bedrijf in en na de zomer nog meer aandacht aan dit onderwerp, online en in het blad. Wil je ondertussen zelf alvast op zoek naar meer informatie, dan kun je terecht op de website van de Store of the Future of bekijk het filmpje over de testwinkel in Den Haag.
Als ondernemer neem je dagelijks beslissingen, maak je keuzes en stuur je bij waar nodig. Dat klinkt eenvoudiger dan dat het in werkelijkheid is.
Op een bepaald moment staat elke ondernemer voor één of meerdere uitdagingen. Het is op die momenten belangrijk dat je kan beroep doen op deskundigen die je hierbij kunnen helpen.
Wetenschappelijk
Tijdens de nieuwjaarsbijeenkomst van het Genootschap voor de Bakkerij vertelde hoogleraar Arjen Witteloostuijn over de manier waarop hij en zijn team ondernemers op een wetenschappelijke manier begeleiden bij allerlei vraagstukken en het maken van strategische beslissingen.
Door persoonlijke gesprekken, benchmarking en coaching wordt ondernemers richting gegeven die hen helpen bij hun specifieke hulpvraag. Die hulpvraag kan volgens de professor van alles zijn: Ik wil groeien maar het lukt niet. Hoe komt dat? Mijn marges blijven ondanks groei gelijk, hoe kan ik dat veranderen? Ik wil internationaliseren, waar moet ik beginnen? Ik wil mijn bedrijf overdragen maar hoe een aan wie? Mijn bedrijf verkeert in zwaar weer, ik zit in de problemen.
De weg naar groei In Vlaanderen is Witteloostuijn inmiddels aan de slag met een aantal ondernemers die via Unizo (de unie van zelfstandig ondernemers) deelnemen aan het traject Road to Growth. ‘Tijdens drie intensieve gesprekken maken we een duidelijke analyse van jouw onderneming: de huidige situatie en de nieuwe uitdagingen.
Op basis van die informatie bekijken we de sterke, maar ook de minder sterke punten van jou als ondernemer als van jouw onderneming zelf. Daarna stellen we een actieplan op om verder succesvol te ondernemen. Dankzij de expertise van Unizo, de database van Graydon (verzameling financiële) jaarverslagen, de Antwerp Management School en externe deskundigen, kunnen we een sterk individueel begeleidingstraject opstellen. De gemiddelde doorlooptijd duurt 3 à 4 maand, wat maakt dat je de actiepunten snel kan uitvoeren’, aldus de hoogleraar.
De leden van het Genootschap zijn het erover eens dat de Belgische aanpak ook Nederlandse bakkerijondernemers naar een hoger plan kan tillen. Hoe en in welke vorm, dat moet nog nader worden onderzocht. Het zou kunnen zijn dat bijvoorbeeld ‘koploperbedrijven’ de rol van coach op zich gaan nemen. Of dat de bedrijven die voorop lopen juist zelf in een soort van pilot gaan deelnemen aan het groei-traject. Ook op de vraag; wie gaat dit betalen was nog niet direct een antwoord.
In België worden de bedrijfsonderzoeken grotendeels door de overheid gesubsidieerd.